Omloopsnelheid
De omloopsnelheid is een kengetal die weergeeft over welke periode een bepaalde grootheid verbruikt wordt. Enkele voorbeelden van grootheden zijn de voorraden, debiteuren of crediteuren.
Hoe bereken je de omloopsnelheid?
Op basis van de jaarrekening is de omloopsnelheid te berekenen. Indien er geen jaarrekening beschikbaar is, kan de omloopsnelheid op basis van de balans en winst- en verliesrekening bepaald worden. De balans en W&V is afkomstig uit de financiële administratie.
Omloopsnelheid van de voorraad
Het kengetal dat weergeeft over welke periode de voorraad aanwezig is, is de omloopsnelheid van de voorraad. Deze omloopsnelheid wordt berekend door de kostprijs omzet te delen door de (gemiddelde) voorraad. In de onderstaande formule is de omloopsnelheid van de voorraad weergegeven. Een hogere uitkomst betekent een hogere mate van beschikbaarheid van liquide middelen.
Er wordt dus een kleinere voorraad aangehouden om tot een omvangrijkere kostprijs omzet te komen. De kostprijs omzet is uiteraard gerelateerd aan de gerealiseerde omzet. Lees hier meer over waardering en overige regelgeving met betrekking tot voorraden.
Omlooptijd van de voorraad
Als je het aantal dagen dat de voorraad aanwezig wilt weten dan kun je de reciproke (= herleidbare / omgekeerde berekening) berekenen. De (gemiddelde) voorraad wordt gedeeld door de kostprijs omzet.
Omloopsnelheid debiteuren
De debiteuren omloopsnelheid kun je berekenen door de het gemiddelde debiteuren saldo te delen door de omzet, vervolgens te vermenigvuldigen met 365. Een hogere uitkomst betekent dat de debiteur sneller de rekening betaalt, waardoor er meer liquiditeit ontstaat binnen een organisatie.
Omloopsnelheid crediteuren
De omloopsnelheid crediteuren kan berekend worden door de kostprijs omzet te delen door het gemiddelde crediteuren saldo. Een hogere uitkomst betekent een krappere liquiditeit.